Dwalen door Drenthe
De Trage Tocht Oud Avereest, het is de wandelroute uit mijn ‘Dwalen door Drenthe’ boekje die het verst van mijn huis verwijderd is. Het is de wandeling in het uiterste puntje van Drenthe en gaat zelfs een stukje de grens over, door Overijssel. Na een nachtje te hebben gelogeerd bij mijn moeder in Hollandscheveld is het nog steeds 20 minuten rijden naar het beginpunt. Daar word ik wel beloond met een praktisch lege parkeerplaats, ik pak mijn rugzak en vertrek, het Reestdal in.
Wandelen in het Reestdal
Oud Avereest, het is een gehucht naast het Overijsselse Balkbrug. Het wandelboekje voelt toch wat vreemd aan in mijn hand, “Dwalen door Drenthe” terwijl het bord naast mij duidelijk maakt dat ik mij in de provincie Overijssel bevind. Toch moeten er nog natuurgebieden op mij wachten die beheerd worden door het Drents Landschap en daarmee hoort deze Trage Tocht echt in het boekje. Vanaf de parkeerplaats steek ik de weg over richting de begraafplaats. Aan mijn linkerhand grafzerken, aan mijn rechterhand graanvelden. Historische graanvelden weten de informatiebordjes mij te vertellen, er zijn verschillende granen gezaaid in verschillende percelen en zo aan het eind van de zomer ziet het er prachtig uit. Eenmaal een houten bruggetje over voelt het alsof ik door het land van Ot en Sien wandel. Ik wandel dwars door het Reestdal, een groen graspad tussen de gouden velden, het zonnetje schijnt, blauwe luchten met witte wolken waaien langzaam voorbij en op het eind wacht mij een jonge ooievaar hoog in het nest. Dan ineens trekken de witte wolken samen en begint het te regenen. Gelukkig loop ik onder de beschutting van de bomen want mijn jas had ik thuis in Groningen laten liggen, handig. De bui is van korte duur en dan straalt de zon weer op de fel paarse heidevelden.
Trage Tocht Oud Avereest
Ik lijk het perfecte seizoen gekozen te hebben om deze Trage Tocht te lopen. De heide staat vol in bloei en als kers op de taart kom ik een kleine kudde grazende schapen tegen. Via een veerooster verlaat ik het gebied en verruil ik de paarse kleuren voor groene bostinten. Voor eventjes dan, want deze wandeling blijkt verrassend genoeg heel veel heidevelden te bevatten. Ondanks dat ik weet dat de bloeiende heide geen geur afgeeft, verwachten mijn hersenen toch een zoete geur te ruiken. Het zal wel met de geurende lavendelvelden in Frankrijk te maken hebben, ook al ben ik daar nog nooit geweest. Misschien omdat ik graag een zoete geur wil ruiken, vang ik toch af en toe een vleugje zoetigheid op als ik mij over de heide begeef. Een mooi trucje van mijn hersenen zullen we maar zeggen. In het bos begint het juist naar paddenstoelen te ruiken en dat is dit keer geen trucje van mijn hersenen. Want de vele regen van de afgelopen tijd en de hoge temperaturen zorgen voor ideale omstandigheden. Hoe beter ik kijk, hoe meer paddenstoelen ik ontdek en hoe meer ik zin krijg in de herfst. Maar ho, wacht, eerst nog even genieten van de zomerse heide.
Het paars steekt fel af tegen al het groen en de witte wandelpaden springen eruit. Wie er ook uit springen zijn de bont gekleurde schotse hooglanders die zich in dit gebied bevinden. Eerst valt mijn oog op een blonde versie die door het zonlicht bijna licht lijkt te geven. Ze graast rustig in het veld, terwijl haar kalfje iets verderop heerlijk ligt te relaxen in het gras. Tante koe houdt mij nauwlettend in de gaten vanuit de bosjes, wat een enorme hoorns hebben ze toch ook. Daar wil je het niet mee aan de stok krijgen. Rustig vervolg ik mijn weg en laat ik dit keer definitief de heidevelden achter mij. Een lange grasweg zet mij aan het denken, is dit iemands oprit? Wat een cadeautje als je hierover elke dag naar huis mag rijden en na vele tientallen meters krijg ik antwoord. Ja hoor, er staat een huisje midden in het bos, wat een luxe! Van het ene graspad naar het andere loop ik langzaam terug naar het startpunt. Als kers op de taart spot ik op het einde nog twee reeën in een weiland. Het blijft toch altijd leuk om wilde dieren op je wandelroute tegen te komen.